J.C. Bloem

 

 

DE DAPPERSTRAAT

 

Natuur is voor tevredenen of legen.

En dan: wat is natuur nog in dit land?

Een stukje bos, ter grootte van een krant,

Een heuvel met wat villaatjes ertegen.

 

Geef mij de grauwe, stedelijke wegen,

De in kaden vastgeklonken waterkant,

De wolken, nooit zo schoon als ze, omrand

Door zolderramen, langs de lucht bewegen.

 

Alles is veel voor wie niet veel verwacht.

Het leven houdt zijn wonderen verborgen

Tot het ze, opeens, toont in hun hoge staat.

 

Dit heb ik bij mijzelve overdacht,

Verregend, op een miezerige morgen,

Domweg gelukkig, in de Dapperstraat.

 

(uit: Verzamelde gedichten, 1985)

 

 

>>>