Hans Warren

 

 

THUISKEER IN ZEELAND

 

Hart van mijn land ik ben terug

in 't waaien van uw volle zomer,

lig lui en languit op mijn rug,

weer thuis en nog dezelfde dromer.

 

Ver als de blik gaat, ver als wolken

ruisen de popels ijl en licht;

als water koeren duiven onder

het bloesemdek van uw gezicht.

 

Ik ben terug, ik lig te rusten

in 't bruidsbed van uw welig kruid

en luister: nooit was ik bewuster

van onze eenheid van geluid.

 

't Vernis van licht om alle halmen,

het boomscherm dat de einder sluit,

de klokken, wier verwaaiend galmen

tegen de zilte hemel stuit-

 

klank, geur en kleur, zinlijk herkennen:

de karper op de waterplas,

het hooi, zingende zeeuwse stemmen,

de zoete bonen, 't prille vlas-

 

 

 

 

  

Ik lig, ik ben terug, ik droom

uw dromen in een blije schemer;

ik werd weer kind, ik werd een boom,

een plant, een lied, een stukje hemel.

 

(uit Vijf in je oog, 1954)

 

>>>