William Shakespeare

 

 

 

 

Wat kan ik, die jouw slaaf ben, anders dan

Op tijd en uur van jouw verlangen wachten?

Mijn tijd telt niet, ik heb geen ander plan

Dan wachten tot jij roept; ik uit geen klachten,

Al lijkt de tijd ook eindeloos te duren

Dat ik om jou, mijn prins, op 't uurwerk tuur,

Bitter alleen zijn zal mij niet verzuren,

Al heb je mij met één groet heen gestuurd;

Ook waag ik niet jaloers te denken aan

Waar jij mag zijn, vervuld van wat voor zaken,

Ik wacht, als droeve slaaf, denk nergens aan

Dan hoe blij jij die anderen zult maken.

  Zo dwaas is liefde dat zij in je Wil,

  Wat jij ook doet, geen laagheid vinden wil.

 

 

(sonnet 57/vertaling Peter Verstegen)    >>>