Anton Korteweg
WATERSNOOD
Geïnundeerde neven overstroomden
ons huis; zo Klaas,
knoestig, uit de kluiten gewassen
en al harde handen.
Het bed met mij delend
droomde hij zich een paal:
de Ararat uitstekend boven de wateren.
(uit: Dierbare tijden, 1988)
>>>